Minor-Thirds

Dit filmpje van Sean (niet van mij dus) gaat over Minor-Thirds.

Een heel leerzaam filmpje en de moeite waard om uit te leggen met behulp van alles wat je via deze website hebt kunnen leren.

Ik probeer uitleg bij dit filmpje te geven waarbij ik gebruik maak van alle kennis die op deze website te vinden is. Ik ben er zeker van dat je de uitleg begrijpt als serieus werk gemaakt hebt om de muziektheorie eigen te maken.

Uitgangspunt is spelen in C.

Dus: C D EF G A BC (volgens Do Re MiFa So La TiDo)

Als je akkoorden gaat spelen dan zijn dit de akkoorden die je speelt: C Dm Em FG Am BdimC

D E en A zijn dus de mineurakkoorden.

Akkoorden worden namelijk gebouwd volgens het 1 3 5-principe.

Wat hij doet in dit filmpje is het volgende:

Hij speelt het een akkoord dat is opgebouwd uit de tonen D E en A.

Dat zijn dus de tonen uit C D EF G A BC en dus de tonen die horen bij de mineur-akkoorden.

Vervolgens speelt Sean de minor-thirds Voor D A en E.

Wat zijn dat?

Hij speelt eerst D minor-third.

Dan A minor-third.

Dan E minor-third.

Hoe dat werkt?

Heel eenvoudig.

We spelen in C.

Alle akkoorden zijn opgebouwd volgens het 1 3 5-principe.

Het C-akkoord wordt dus C E G.

Kijk maar: C D EF G A BC.

C is 1.

E is 3.

G is 5.

Nu kijken we naar het D-mineur-akkoord.

Ook dit akkoord is opgebouwd volgens het 1 3 5-principe.

Het Dm-akkoord wordt dus D F A.

Kijk maar: D EF G A BC D

D is 1.

F is 3.

G is 5.

F is dus de minor-third.

En dat zie je Sean dus doen.

Eerst speelt hij dus DAE.

Daarna speelt hij de minor-thirds voor D, A en E.

Voor D is dat DF.

Voor A is dat AC.

Voor E is dat EG.

Kijk maar naar C D EF G A BC D EF G A BC en zet een 1 bij de E. Dan zie je dat G de derde toon is.

De minor-third-sprong kan je op verschillende manieren nemen.

Je ziet dat Sean na het spelen van het akkoord DAE, DF AC en EG op deze manier speelt.

De sprong is twee keer hetzelfde maar afwijkend op de derde en tweede snaar. Dat komt omdat de stemming van de tweede en derde snaar een halve toon anders is dan bij de andere snaarparen.

Ergens anders op deze website heb ik dat verder uitgelegd.

Maar dit is dus wat Sean doet.

Eerst speelt hij DAE en dan dus de minor-thirds DF AC EG. Dat zijn dus mineur-intervallen.

Daarna speelt Sean CGD en de volgende minor-thirds:

AC EG DF.

Die laatste sprong, die van D naar F heeft een andere vorm maar is wat klank betreft gelijk aan de vorige.

Je kan het interval dus op verschillende manieren spelen.

SP017B002